50 JAAR DWARSLOPEN:
50 PORTRETTEN VAN VRIJE HOGESCHOOL ALUMNI

Benien van Berkel

Benien van Berkel (1965) is historica en theatermarketeer. In managementfuncties bij het Holland Festival en Koninklijk Theater Carré ontstond haar fascinatie voor de complexe relatie tussen theater en publiek, en de invloed van overheidssubsidiëring daarop. Tijdens haar onderzoek naar de wortels van het Nederlandse kunstbeleid stuitte ze op Tobie Goedewaagen. In 2012 promoveerde ze op een biografie over hem. Benien zat in het jaar 1984-1985 op de Vrije Hogeschool

Kunst moet je niet meten in economische waarde. Kijk liever naar welzijnswaarde.

Interview door Peter Bardoel
Foto door Mario van Zijst

Zweven onder water, in stilte, tussen de vissen. Je ademhaling horen, het getik tegen de rotsen. Het zien van zeepaardjes, koraal, kleurrijke vissen. Benien van Berkel houdt van duiken. Maar na drie klaplongen in het jaar 1996 en de diagnose lymfangioleiomyomatose (LAM), ging dat niet meer.

Éen van de dagen waarop Benien met een klaplong in het ziekenhuis lag, was de dag dat ze zou beginnen als Hoofd Marketing bij Koninklijk Theater Carré. Vanwege haar ziekte zou ze volgens de artsen haar veertigste verjaardag niet halen. Maar Benien vocht terug en begon zes weken na de operatie alsnog bij Carré. Met haar sterke wilskracht sleepte ze zich door haar ziekte heen. “Ik had kunnen denken, laat maar, het is voorbij, ik ben ziek, ik kan dus niets meer. Maar dat dacht ik niet. De ziekte overkwam me, maar hoe ik er mee om zou gaan, dat was aan mij.” Haar man Bas was een grote steun. Hij was er altijd en bleef positief.

Inmiddels heeft Benien haar eigen managementbureau in de kunst en cultuurwereld en is Adelheid Roosen een van haar opdrachtgevers. Voor het nieuwste project, ‘Vrouwen in Bad’, dat Adelheid samen met Ola Mafaalani bedacht, verzamelt Benien een groep topvrouwen. Doel: van elkaar leren over hoe topvrouwen worden ingezet, beoordeeld en onderling worden uitgespeeld. “Ik verzamel, zoals Adelheid zo mooi kan zeggen, “een roedel vrouwen” om feminiene energie in de Nederlandse maatschappij te pompen.”

Het glazen plafond is ook in de kunstsector pas sinds kort aan het breken.

Heb jij in de kunstsector te kampen gehad met problemen omdat je vrouw bent?
“Ja, en hoe! Het glazen plafond is ook in de kunstsector pas sinds kort aan het breken. Vaak maakte ik de angst van directeuren mee dat ik als vrouw de poten onder hun stoel zou wegzagen. Machtsverhoudingen zijn voor mannen zoveel belangrijker dan voor vrouwen. En ja, ik ben direct, dat is vaak bedreigend. Ik ben iemand die hard is voor de zaak en hart heeft voor het theater.”

Je woont en werkt in Amsterdam met Femke Halsema als burgemeester. Met haar zat je op de VH.
“Sterker nog, Femke en ik hebben in ons VH-jaar 1984/85 samengewoond bij dezelfde hospita. Als je toen gezegd zou hebben dat zij burgemeester van Amsterdam zou worden, zouden we beiden hard gelachen hebben. Het is mooi te zien dat Femke nog steeds zichzelf is. Zij was toen al moreel gevoelig, lettend op de mens. Ze schreef altijd lieve briefjes en we hadden een eigen taal samen. We zijn enthousiast als we elkaar tegenkomen, zoals laatst bij de Abel Herzberglezing in De Rode Hoed. Dan maken we ons gezamenlijke grapje over ‘Dikke Kater’, terwijl de mensen om ons heen denken, waar gáát dit over?”

 Kunst is jouw leven. Wat was de rol van Vrije Hogeschool hierin?
“Ik ontdekte wat mijn eigen stijl is. Bijvoorbeeld met opdrachten waarbij we zelf een foto van kunst mee moesten nemen en een fragment van een tekst. Dan uitleggen waarom ik dat gekozen had en zoiets proberen na te maken. Dan pas ontdek je werkelijk welk verhaal er in kunst verborgen zit.”

Femke Halsema en ik hebben in ons VH-jaar samengewoond bij dezelfde hospita. Als je toen gezegd zou hebben dat zij burgemeester van Amsterdam zou worden, zouden we beiden hard gelachen hebben.

Hoe heb jij de Vrije Hogeschool beleefd?
“Je ging op de VH meteen de ziel in. In de pauzes hadden we dolle pret. We waren half puber, half student en werden door de lessen geraakt. Die diepgang, jezelf en je leven intens delen met andere mensen via kunst, geschiedenis, sociale wetenschap, natuur, een heel jaar lang. Dat heb ik op die wijze nooit meer meegemaakt.”

 Je meest dierbare herinneringen?
“De colleges van Bernard Lievegoed, toen al bejaard. Hij sprak zo mooi. De projectweek naar Chartres. Stomtoevallig waren we in de kathedraal toen een pelgrimstocht arriveerde. Zij zongen het Avé Maria terwijl ze binnenkwamen. Nu ik dit vertel, krijg ik er nog kippenvel van. Het arboretum in Landgoed Singraven bij Denenkamp waar we bomen en struiken snoeiden en bonte avonden vierden. Zelfs als ik daar nu, tientallen jaren nadien, loop en ik de watermolen zie staan, zie ik ons weer samen lunchen. En bij familie heb ik nu nog steeds succes met mijn versie van het Euritmie alfabet!”  

De cultuursector heeft het zwaar. Hoe hou jij het vol?
“In 2021 was ik in Felix Meritis, waar gesproken werd over de weeffout om vanuit financiële waarde naar cultuur te kijken. Kunst moet je niet meten in economische waarde. Kijk liever naar welzijnswaarde. Kunst is geen linkse hobby, zoals voormalig staatssecretaris van OCW Halbe Zijlstra claimde. Kunst blijft haar bestaansrecht opeisen en daar werk ik met hart en ziel aan mee.”

Meer portretten