50 JAAR DWARSLOPEN:
50 PORTRETTEN VAN VRIJE HOGESCHOOL ALUMNI

Gilmee Davids

Gilmee Davids (1990) is opgegroeid op een boerderij en werkt nu als Agroforestry Developer in Rotterdam, bij een bedrijf dat genomineerd is voor de titel ‘duurzaamste bedrijf van Nederland 2021’. Gilmee volgde in 2013-2014 het Liberal Arts Tussenjaar op de Vrije Hogeschool en woont in Den Haag.

Weet wanneer je afscheid moet nemen, zodat er ruimte ontstaat voor iets nieuws.

Interview door Anne Lutters

Gilmee’s reislust begint op zijn negentiende. Hij schrikt als hij met kerst van zijn moeder een vliegticket cadeau krijgt: enkeltje Bangkok. “Shit, ik was doodsbang.” Toch vertrekt hij. Het reisdoel? Ontdekken wat hij in godsnaam wil met zijn leven. Dat doel behaalt hij niet, maar de reis is wel een levensles. Zo ook zijn tijd op de Vrije Hogeschool…

Je bent een agroforestry developer. Het is de eerste keer dat ik die term hoor. Help me even?  

Ik leid wereldwijd boeren zodat ze gewassen verbouwen die beter samengaan. Dat doe ik voor Verstegen, van de kruiden en specerijen, samen met andere voedselleveranciers. Samen leren we boeren hoe ze bijvoorbeeld vanille combineren met cacao, palmolie en hout. Wij hebben die vanille bij Verstegen nodig. Andere leveranciers kopen de andere producten op. Op die manier zijn de boeren gegarandeerd van hun inkomen, gebruiken ze de grond duurzamer en zijn wij zeker van onze producten. Normaal reis ik de wereld rond, maar door corona nu niet.

Alleen al de geur van kretek sigaretten en fried chicken als die schuifdeuren opengaan in Jakarta.

Mis je het reizen?  

Ja, natuurlijk! Alleen al de geur van kretek sigaretten en fried chicken als die schuifdeuren in Jakarta opengaan … Al die kleuren, geluiden en geuren mis ik. Ik kreeg ook nog eens zelf corona. Toen was mijn smaak weg en werd het leven compleet smakeloos. Daar kan ik met mijn liefde voor eten niet mee dealen. Binnenkort kan ik gelukkig weer op reis, maar het is meer geregel dan vroeger.

 Ooit overwogen om voorgoed naar het buitenland te vertrekken?  

Zeker, maar ik mis de seizoenen te veel als ik op reis ben. Tijdens de wereldreis die ik gemaakt heb, reisde ik precies zo dat ik alleen maar zomer had. Ik werd gek!

Binnen no time was ik als negentienjarig pikkie de manager van een feestcafé op de Beestenmarkt in Delft.

Wanneer begon die reislust?

De middelbare school was niet mijn ding. Ik was de slechtste van de klas bij de vakken die ik oninteressant vond. Daardoor verloor ik mijn zelfvertrouwen en dacht ik dat ik niet goed kon leren. Na mijn eindexamen, was ik de schoolbanken zat. Ik had geen idee wat ik wilde studeren. Ook was ik nogal introvert. Mijn pa vond ook dat ik mijn sociale skills wel wat op mocht poetsen en stuurde me de horeca in. Dat ging me zo goed af. Wat een opluchting! Binnen no time was ik als negentienjarig pikkie de manager van een feestcafé op de Beestenmarkt in Delft. Toch voelde ik druk. Ik moest iets met mijn leven.

Dus riep ik: ‘Ik ga een wereldreis maken en daar kom ik erachter wat ik met de rest van mijn leven wil.’ No pressure … Maar omdat ik eigenlijk niet durfde, stelde ik de reis uit. Totdat mijn moeder met kerst een verrassing voor me had. Een enkeltje Bangkok. Tyfus! Als ik het afsloeg, zou ik door de mand vallen. Ik moest wel. Die reis duurde uiteindelijk twee jaar. Het was één groot avontuur. 

En kwam je erachter wat je met de rest van je leven wilde doen?  

Dat was wel mijn doel. Alleen toen ik alles met die bril ging bekijken, kon ik niet meer genieten. Dus liet ik dat doel los op één of andere berg. Ik werd losser. Dat leverde prachtige momenten op, maar ook penibele situaties. 

Je moet echt shit vieren. Dat is een levensles. 

Penibele situaties?  

O joh, ik was totaal blut. In Azië kon ik het lang volhouden met de 4000 euro die ik gespaard had, maar uiteindelijk raakte het op. ‘In Australië ligt het geld voor het oprapen,’ beweerde iedereen. Dus boekte ik de goedkoopste vlucht naar Darwin. Daar zou ik zo een baan vinden en uit de problemen zijn. Eenmaal in Darwin ging ik het terras op. Ik bestelde een biertje en pakte de yellow pages erbij. Ik belde 40 nummers, maar zonder succes. Tyfuszooi! Dat bier begon minder te smaken, maar ik was te trots om het thuisfront in te schakelen.

Ik ging langs bij horecazaken. Dat wilde ik eigenlijk niet. Stel je voor: de wereld over reizen en in Australië doen wat ik thuis al deed. Hoe ontdek je dan wat je met de rest van je leven wil? Het stikte ook nog eens van de concurrentie van andere backpackers. Afwijzing na afwijzing volgde, maar vond uiteindelijk een bar waar ze me wilden hebben. Dat moest ik vieren!

Ik ging terug naar datzelfde terras en keek om me heen. Ik zag een man met witte spettertjes op zijn bril. Dat moest een schilder zijn, dacht ik. Mijn vader had me leren schilderen en ik wilde dat graag als baan. Ik bestelde een pitcher en bood die man een biertje aan. Zo maak je in Australië vrienden en we raakten aan de praat. Natuurlijk was hij schilder. Toen ik vroeg of hij nog mensen nodig had, drukte hij meteen zijn telefoon aan mijn oor. Zijn baas. En ja, die had werk voor me. Dat ben ik maandenlang gaan doen. Ik ben zelfs een eigen schildersbedrijfje begonnen. Dat was een levensles. Je moet shit echt vieren. Had ik op de centen gezeten, dan was ik nooit schilder geworden. En wat denk je? Die dude van die bar heeft me nooit meer gebeld.

Wanneer ging je terug naar Nederland?   

Ik werkte in het animatieteam van een viersterrenresort in Mexico. Dat hield ik maar 40 dagen. Alles was over de top. Niet alleen de mensen, maar ook de consumptie. Alleen maar naar binnen geschuif, of het nou vermaak of voedsel is. Alles ging daar om plezier maken. Dat haalt het leven er compleet uit. Stond ik daar in een of ander raar pak met glitters op mijn bakkes. Het was niks voor mij. Toen ben ik teruggegaan. 

En … doel bereikt? 

Ik wist verrek nog steeds niet wat ik wilde met mijn leven. 

Ik voelde me nutteloos. Ik had geen doel. Totdat ik getipt werd over de Vrije Hogeschool. 

Was dat een teleurstelling? 

Ja, ik voelde me nutteloos. Totdat ik aan de Vrije Hogeschool begon. Dat jaar was zo waardevol. Ik heb geen les gemist. Ik koos bewust dingen die oncomfortabel waren. Zang vond ik bijvoorbeeld ontzettend klote. Zo spannend. Ik wilde mezelf tegenkomen. Er stonden me ook dingen tegen. Zo kregen we les over schoonheid en verantwoordelijkheid terwijl de schilfers van de muren in het lokaal pleurden. Tijdens de ondernemersperiode heb toen geopperd om de boel op te knappen.

Die ondernemersperiode was de afsluiting van de VH, maar ik wist nog steeds niet wat ik wilde doen. Ik moest iets. Een vriend en zijn zus studeerden Liberal Arts & Sciences in Maastricht. Dus besloot ik hen maar achterna te gaan. Stiekem vond ik die dame gewoon leuk. Dat had mijn moeders vriend door. Hij zei een paar keer: ‘Je bent echt aan het volgen.’ Ik verzette me meteen. Dan weet je dat het waar is. Dat maakte diepe indruk.

Ik besloot om niet naar Maastricht te gaan, maar ik vertelde een vriend dat ik nog steeds niet wist wat ik dan wel wilde studeren. Hij kende iemand die Food Design studeerde en vond dat echt iets voor mij. Ik check dat en vond er geen zak aan. Maar ik zag wel iets anders: International Food & Agribusiness. Ik hield van reizen. I love food. En business … Ik had mijn eigen onderneminkje gehad en de ondernemersperiode op de VH verliep goed. Ik dacht eindelijk: Dit is het!

Klopte die gedachte?  

Absoluut! Ook daar heb ik geen les gemist. Op een gegeven moment moest ik een opdracht doen voor Verstegen en mocht ik bij ze presenteren. Ik had hun bedrijfsvisie op de laatste slide gezet en eindigde mijn verhaal risicovol. ‘Jullie moeten investeren in agroforestry of jullie visie veranderen.’ Ze hadden er nog nooit van gehoord, maar vroegen of ik agroforestry voor ze wilde opstarten.  

Dat was doodeng. Want wat weet ik er nou van? I don’t know shit. Die eerste paar maanden als ik door die schuifdeuren op kantoor aankwam, dacht ik: Wat doe ik hier? Waarom betalen jullie mij? Ik durfde het ook lang niet toe te geven als ik iets niet wist. Dat perfectionisme en alles bij me houden, is iets waar ik mee strugglede. Nog steeds wel eens. Uiteindelijk heb ik die angst toegegeven en kreeg ik juist meer hulp van mijn collega’s. Het is ook gek dat ik er niet eerder aan heb gedacht, want: If you strive for diversity, don’t do it alone. En nu ben ik drie jaar verder en heb ik een fantastische baan die bijdraagt aan een leefbare wereld en mooie, smaakvolle producten.

Hoe is het met die dame in Maastricht afgelopen?  

Haha, dat is nooit iets geworden. Het is een ontzettend leuke vrouw, nog steeds. Misschien moet ik haar een keer een berichtje sturen. 

Meer portretten